Sinds een aantal maanden mag ik op uitnodiging een wekelijkse taalrubriek vullen voor Omroep Het Hogeland. In deze rubriek observeer ik het Gronings. Zoals we allemaal weten is dat doorgaans zoetgevooisd en zachtzinnig, maar een enkele keer toch iets recht voor zijn raap en mogelijk zelfs enigszins plomp.
Vrouwelijk
Ik kende haar als ruig en onbehouwen. Met haar schorgerookte stem zette ze op de gekste momenten een boom op over de tentfeesten die ze bezocht, wat mensen na die feesten zoal uitspookten achter de tenten en wat haar aandeel daarin was. Wijdbeens in een broek vol scheuren, de as van haar Javaanse jongens aftikkend op afgetrapte werkschoenen.
Nu, jaren later, zie ik haar weer. Gekleed in een jurkje, op elegante muiltjes en het haar in een daadwerkelijk kapsel. Kan het zijn dat ze op de een of andere manier vrouwelijk geworden is, verfijnd misschien zelfs? Ze ziet me niet als ze achter een klein kindje aanrent en met schorre stem roept naar de man achter haar: ‘Hai het hom van hakken scheten, zien haile bliksemse boksem zit onder de stront. Gaauw noar hoes en n schone kont veur dat jong.’
Bron: Omroep Hogeland, https://omroephethogeland.nl/2022/07/04/vrouwelijk/?fbclid=IwAR3C0pXl7lRh8JtHngWee2IO1Oa4WxQzbx3j3M0pPIeZgpraj_amwaANToU