Van je ain, twij, drij, t gaait om de toalonderzuikjederij!
De getallen 1, 2 en 3 volgens Vroag & Antwoord
Voor mijn werk aan het Bureau Groninger Taal en Cultuur mocht ik enquêtes analyseren die zijn afgenomen onder honderden sprekers van het huidige Gronings. Dat onderzoek draagt de naam 'Vroag & antwoord' en is in de jaren tachtig opgestart door emeritus hoogleraar Siemon Reker. Dankzij de hulp van al die respondenten ontstaat er een beeld van het Gronings naar regio, leeftijd en zelfs geslacht. Het volgende onderzoeksverslag verscheen in juni 2016 op de website van het bureau http://www.rug.nl/research/groningertaalencultuur/
In de beginjaren van (R)TVNoord werden de kijkers opgeschrikt door ene Harrie Poeste uit Beerta. Een louche sujet dat er geen geheim van maakte zijn brood te verdienen in de nachtelijke entertainmentsfeer die samenhangt met een zeer oud beroep. Gelukkig bleek al vlot dat Harrie slechts een typetje was van cabaretier Bert Visscher, met als tegenspeler Arno van der Heijden. Op de wijze van ‘Trojan Horse’ van Luv scoorde Harrie zelfs nog een relatieve tophit met het obscene liedje ‘ain twai drei’. Wat de inhoud van het nummer betreft is dat in dezen niet zo interessant, dat er een Gronings (fop)liedje de titel van getallen draagt is dat wel.
In de voorgaande jaren zijn er door het Bureau Groninger Taal en Cultuur1 verschillende vragenlijsten afgenomen aan Groningers in stad en land. Deze methode is u wellicht bekend en draagt de naam ‘Vroag en Antwoord’. Vragen als: ‘Hoe zou u dit woord in het Gronings uitspreken?’, ‘Welke tijd geeft deze klok aan?’ en ‘Welke Groningse benaming heeft volgens u het dier op het plaatje?’ werden door vrijwilligers van binnen en buiten de provinciegrenzen beantwoord. Die kostbare vrijwilligers hebben voor dit project stevig zitten ‘pokkeln’2 en wat het heeft opgeleverd is een schat aan onderzoeksmateriaal. Veel ervan is reeds verwerkt door mijn voorgangster Eline Brontsema en ook door Siemon Reker. Aan mij de eer om aan de slag te gaan met ander verworven materiaal.
Net als in Drenthe zijn
we aangekomen bij het verwerken van getallen. Eerder werden die ook al
eens getoetst, dus voor onze kennis van het huidige Gronings kan het
nuttig zijn om de gegevens van toen te vergelijken met die van nu.
In grote lijnen is te zeggen dat de verwachtingen ten aanzien van de
getallen (nog steeds) recht worden gedaan, ongeacht de leeftijd of het
geslacht van de deelnemers aan dit onderzoek. Bij dezen de conclusies
ten aanzien van de hoofdtelwoorden één, twee en drie.
Het getal ‘één’ wordt in de meeste gevallen vertaald als ‘ain’ of ‘aine’. In de westkant kan onze provincie, in het Westerkwartier, wordt het met name genoteerd als ‘één’. ‘Ain’ en ‘oin’, met nog een aantal uitzonderlijk gespelde vormen die qua klank lijken op ‘ain’ en ‘oin’ en die niet uitgaan op –e, zijn met name te vinden in het noorden van de provincie: het Hogeland en een stukje van het Oldambt. Oostelijker en vooral zuidelijker op de kaart komen hoofdzakelijk ‘aine’ en ‘oine’ voor. Een toverbal op mijn kleurenkaartje vormt Hoogezand, waarin (varianten op) ‘ain’ en ‘aine’ zijn opgetekend.
Het getal ‘twee’ is eveneens
vrij uitgesproken in deze driedeling. Generaliserend: ‘Twee’ in de
westkant van ons taalgebied, ‘twij’/ ‘twei’ in het noordwesten en
‘tweie’ of ‘twije’ in de Veenkoloniën, Westerwolde en het Oldambt.
‘Twai’ en ‘twaie’ lijken iets meer op te duiken in de oostkant van onze
provincie en vooral in de overlap naar Drenthe zien we ook ‘tweeje’
opduiken.
Het getal ‘drie’ laat, vertaald naar het Gronings,
veel minder uitgesproken streekgebondenheid zien. ‘Drie’ duikt, zoals
verwacht, met name op in het Westerkwartier. In Lutjegast, Marum en Nuis
wordt bijvoorbeeld die variant gegeven. ‘dreje’, ‘drije’ en ‘dreie’
wordt hoofdzakelijk gebezigd in de Veenkoloniën, Westerwolde en een
zuidelijk streepje Oldambt. ‘Drij’ en ‘drei’ komt voornamelijk voor op
en net buiten het Hogeland, maar wordt ook genoemd ten oosten en zuiden
van die streek.
In Groningen komen alle hiervoor genoemde
vertalingen van ‘drie’ voor en ook nu is Hoogezand weer de smeltkroes,
waar maar liefst vier varianten worden gegeven. Uit zowel Wildervank als
Noordbroek komen drie verschillende vormen.
Op basis van deze
uitkomsten lijkt het daarom maar de vraag of Harrie Poeste daadwerkelijk
de taal uit Beerta bezigde, maar wie weet uit welke hoek van onze
provincie hij naar ‘Beerta-Zuud’ gewaaid is.
1 http://www.rug.nl/research/groningertaalencultuur/
2 ‘Pokkeln’ betekent zwoegen. Zakwoordenboek Gronings, Siemon Reker (1988)